Preventietip van Brandweer Schinnen

Hoofdpagina

Preventietip : Brandveiligheid in de caravan .

Preventietips

Gas en elektriciteit.


Gas.
Ongetwijfeld hebt u als caravan bezitter wel eens gelezen dat gasflessen nooit met LPG (autogas) gevuld mogen worden. Met behulp van een aantal adviezen willen wij u duidelijk maken waarom het gebruik van LPG in gasflessen levensgevaarlijk is.

Wettelijke eisen:
Volgens de wet mogen op LPG-installaties geen andere verbruikers zijn aangesloten dan die strikt noodzakelijk zijn voor het goed functioneren van de motor van het voertuig.
Tankstations mogen volgens hun vergunning geen losse gasflessen met LPG vullen.

Waarom is het gebruik van LPG in gasflessen zo gevaarlijk?
De bekende propaan- en butaanflessen worden door erkende bedrijven gevuld tot het aangewezen vulgewicht. Deze flessen bezitten in tegenstelling tot een gastank voor LPG, geen overvul-beveiliging. Zelf vullen met LPG met behulp van allerlei verloopstukken geeft een grote kans op overvullen. Bij herhaaldelijk overvullen kan de fles bezwijken.

Wat is nou precies propaangas
Propaangas zit (tot vloeistof verdikt) in flessen. Het is kleurloos, geurloos en niet giftig. Propaangas is zwaarder dan lucht en verspreid zich over de grond. De druk van propaangas bedraagt bij 0C nog ongeveer 3,4 bar effectief en valt pas bij – 42C precies weg (bij butaan reeds bij 0C), dus ook als het vriest kunt u nog propaangas gebruiken.

Keurmerk.
Bij vulstations worden gasflessen gecontroleerd op onder andere de goedkeuringsdatum. De zgn. kampeergasflesjes tot maximaal 6 liter worden als type goedgekeurd door de Dienst voor het Stoomwezen. Nadat het type is goedgekeurd, wordt een typenummer ingeslagen in de voet van de fles. De flessen met een inhoud groter dan 6 liter worden niet per type, maar per stuk door het Stoomwezen gekeurd. Buiten het keurmerk staan op de fles voorschreven kentekens zoals het volume (in liters), vulgewicht (in kilo's), totaal leeg gewicht (in kilo's) en een serienummer van de fabriek die de fles gemaakt heeft. Bij het zelf vullen van flessen ontbreekt de controle op deze gegevens, waardoor de kwaliteit van de fles ongemerkt achteruit kan gaan.

Mengsel.
Bij gebruik als motorbrandstof wordt LPG als vloeistof uit de tank afgenomen en met behulp van een verdamper tot brandstof gemaakt. Voor huishoudelijk gebruik is er geen verdamper en wordt LPG als gas (door de dampdruk) afgenomen. LPG bestaat uit een mengsel van butaan en propaan. Omdat propaan vluchtiger is dan butaan, zal er meer propaan dan butaan aan de fles onttrokken worden. Als de tank leger wordt, blijft er dus meer butaan achter. Het kookpunt van butaan is 0 graden. Dit betekent dat bij lage temperatuur de toevoer hapert en de brander uitgaat. Bij een geringe temperatuurstijging komt er weer gas vrij en dit stroomt via de brander in de ruimte. Bovendien zal het butaan bij lage temperatuur gaan condenseren. Als dit condensaat bij de brander komt, kan deze uitgaan en zelfs een explosie veroorzaken.

Drukregelaar.
In een gasfles is de druk van het gas afhankelijk van de temperatuur. De druk is dus niet altijd gelijk. De regelaar geeft een werkdruk van 30 of 50 millibar, afhankelijk van de gemonteerde apparaten (koelkast, kachel, kooktoestel) in de caravan.De aan te sluiten gasapparaten verlangen echter een vaste gasdruk, die op het type-plaatje van het apparaat is vermeld. Let dus goed op dat u de juiste drukregelaar voor butagas en propaangas tussen fles en apparaat monteert. Wij adviseren u de drukregelaar éénmaal per 5 jaar te vervangen in verband met slijtage aan het membraam.

Hoe moet de fles staan.
Een fles mag uitsluitend staand worden gebruikt, omdat bij een liggende fles vloeistof in plaats van gas aan de fles word ontrokken. Het advies is ook om de fles rechtop te vervoeren. Omdat propaangas zwaarder is dan lucht zal het gas naar de beneden zakken en zich verzamelen in kelders, onder vloeren in kuilen of gaten enz. Plaats een gasfles dus nooit in kelders, boven aan de keldertrap, nabij gelegen roosters of in laag gelegen bergplaatsen. Graaf een gasfles ook nooit in. Zorg voor voldoende ventilatie zodat eventueel ontsnappend gas zich verspreidt of weg kan waaien.

Slangen naar de gasfles.
Gebruik van de juiste slang bij propaangas is belangrijk. Gebruik daarom nooit een plasticslang, waterslang of andere waterleiding artikelen, ook niet tijdelijk als noodoplossing. Op een propaanslang dient bij voorkeur de aanduiding "propaanslang" en het jaar van fabricage vermeld te staan.
De inwendige diameter van propaanslang moet 8 mm. bedragen. De barstdruk moet tenminste 70 bar zijn. De slangen moeten op de juiste wijzen (met slangklemmen) worden bevestigd, en zo kort mogelijk zijn. Ook is het belangrijk om slangen tijdig te vernieuwen, minstens om de 2 jaar. Slangen verdrogen sneller dan u zou denken!

Hoelang doe ik met mijn gasfles?
Uiteraard is dat sterk afhankelijk van het aantal gas- apparaten dat is aangesloten, om u toch enig idee te geven hoeveel gas er verbruikt zal worden, vermelden wij hier de verbruikscijfers van een aantal gas- apparaten:
-    Koken, 3 à 4 personen: 30 tot 70 gram per uur
-    Koelkast, 60 liter,: 12 tot 14 gram per uur , ca. 340 gram per dag
-    Verlichting per lamp: 40 tot 60 gram per uur
Verwarming, volbranden:
-    Toercaravan, 2000 kcal.:  180 gram per uur
-    Stacaravan, 6000 Kcal.: 550 gram per uur

Met deze gegevens kunt u globaal berekenen hoelang u met een gasfles kunt doen. Op het typeplaatje van het toestel staat meestal wat het verbruik per uur precies is.

Elektrische en/of gas kachels.
-    Zorg voor een veilige afstand rondom de kachel.
-    Houd brandbare spullen uit de buurt.
-    Leg geen wasgoed op of direct voor de kachel.



Elektriciteit.
Bij de jaarlijkse caravancontrole blijkt dat menig enthousiaste doe-het-zelver elektriciteit in de caravan aanlegt of verandert. Vanzelfsprekend is hier niets op tegen, als het maar vakkundig en dus veilig gebeurt. En dat blijkt helaas niet altijd het geval te zijn. Loop een kritisch door en rond uw caravan en let daarbij vooral op onderstaande adviezen.
-    De veiligheidsvoorzieningen zoals in huis, zijn in de caravan niet aanwezig. De twee spanningswaarden in een caravan zijn: 220 volt en 12 volt. Een spanning van 12 volt is ongevaarlijk, maar als de bedrading niet in orde is kan er brand ontstaan.
-    De aansluiting van de caravan op een 220 volt-installatie is het veiligst als u gebruik maakt van de blauwe, spatwaterdichte CEE-stekker en een (maximaal 20 meter lange) neopreenkabel. Rol de kabel altijd helemaal af, dit voorkomt warmteontwikkeling.
-    Laat lampen in de caravan niet aan een kroonsteen hangen, maar hang de lampen aan een haak zodat de kroonsteen ontlast wordt.
-    Wanneer u zelf werkzaamheden aan de elektrische installatie verricht, doe het dan veilig en vakkundig. Laat u informeren over voorschriften ten aanzien van elektriciteit.
-    In caravans die niet voorzien zijn van een CEE-aansluiting, is een aardlekschakelaar noodzakelijk. Deze schakelt de netspanning uit bij een lekstroom vanaf 0,03 ampère.
-    Test de aardlekschakelaar nadat de stroom is aangesloten. Elke aardlekschakelaar is  voorzien van een testknop.
-    Metalen delen zoals wanden, chassis, aanrechtblad etc., kunnen onder stroom komen te staan. Door deze metalen delen te aarden, kunnen ongelukken voorkomen worden. Caravans met CEE-aansluiting zijn echter wel geaard.
-    De buitenverlichting aan de caravan moet spatwaterdicht zijn.
-    Bij gebruik van een caravan-accu of tractie batterij moet u voor voldoende ventilatie zorgen, de accu in een afgesloten bak met afvoer naar buiten is het beste.